
Het Hermen J. Jacobsfonds kondigde voor 2024 aan:
Voordrachten!
Hermen J. Jacobs was een bevlogen onderwijzer die zich ruim 100 jaar geleden volledig inzette voor het verbeteren van het (speciaal-)onderwijs zodat alle leerlingen konden profiteren van een specifieke aanpak.
Deze gedrevenheid om leerlingen een betere kans te bieden, vindt ongetwijfeld ook nu nog plaats binnen het onderwijs.
Wij willen deze inspanningen graag zichtbaar maken en belonen.
Daarom zijn we blij met de inzendingen die we mochten ontvangen.
Hermen J. Jacobs-prijs 2024


Een maal per twee jaar kunnen onderwijsorganisaties, scholen of onderwijsprofessionals door collega’s uit het veld worden voorgedragen voor de HJJ-prijs, een geldbedrag van € 10.000.
De voordracht vindt plaats vanwege een speciale verdienste ten aanzien van de kwaliteitsverhoging van het speciaal onderwijs of het onderwijs aan kinderen met specifieke onderwijsbehoeften in het regulier onderwijs.
Nominaties voor de HJJ-prijs van 2024 moesten plaats vinden vóór 30 juni 2024.
De voordrachten vonden plaats via een ‘pitch’.
Dat mocht een filmpje zijn, een schriftelijk betoog of bijvoorbeeld een ingesproken PowerPointpresentatie.
De inzender moest er rekening mee houden, dat de jury in maximaal drie minuten geïnspireerd hoopte te worden.
In de pitch moest worden vermeld wie de voorgedragen persoon / organisatie is en welke bijzondere bijdrage deze organisatie of persoon heeft gerealiseerd.
Daarnaast moest worden betoogd op welke wijze en in welke mate deze persoon/organisatie heeft gedacht en gehandeld vanuit de geest van Hermen J. Jacobs.
De winnaar van de Hermen J. Jacobsprijs 2024 is ….
Elijah Delsink!
Elijah maakt zich hard voor een kwetsbare groep leerlingen. In maart 2020 richtte hij de landelijke belangenvereniging voor het voortgezet speciaal onderwijs op.

Lisa Westerveld (GroenlinksPvdA) rijkt de prijs uit.
Over de winnaar van de HJJ-Prijs2024 Elijah Delsink vindt u - naast de tekst in het jurryrapport - wat extra informatie hier:
Winnaar HJJ-Prijs2024 Elijah Delsink
Dames en heren fijn dat u bij deze belangrijke gebeurtenis bent, de uitreiking van de Hermen J. Jacobsprijs 2024, de “Nobelprijs” voor de kwaliteitsverbetering van het speciaal onderwijs.
Vooraf aan de prijsuitreiking wil ik graag twee zaken kort aan de orde stellen. Een paar opmerkingen over Hermen Jacobs en een opmerking over het ontstaan van zijn fonds.
Hermen Jacobs was geen industrieel die een deel van zijn vermogen in een fonds had gezet zodat zijn naam bewaard zou blijven. Hij was een hardwerkende schoolmeester, zoals de meesten van u, een collega dus die er in al zijn vezels van overtuigd was dat hij voor leerlingen, die in het gewone onderwijs niet mee konden, het verschil kon maken.
We gaan terug naar 1947, het jaar dat Jacobs na een veertigjarig dienstverband met pensioen ging. De oorlog was voorbij. Voedsel en kleding was nog op de bon. Materialen als koper en brons waren evenmin verkrijgbaar, want dat materiaal was door de nazi’s in beslag genomen.
Tijdens de afscheidsreceptie, waar alleen thee werd geserveerd, kwam de Haagse wethouder van onderwijs, J. van Zwijndrecht, namens B&W met een prachtig doosje, gemaakt door Koninklijke Begeer in Voorschoten. Als Begeer iets maakt, moet het wel bijzonder zijn. Een prachtig object van brons kreeg Jacobs overhandigd. - Of de gemeente of Koninklijke Begeer moet dus materiaal verborgen hebben gehouden-
Op de voorkant twee blote mensen met een uil in het midden met de tekst ‘In Stagen Arbeid’.


In voortdurende arbeid. Veertig jaar had hij zich ingespannen om het buitengewoon onderwijs in Den Haag gestalte te geven. Onverhulde kracht en stralende kennis waren voortdurend leidend geweest in zijn onderwijsarbeid. Op de achterkant zien we als eerste de ooievaar.
Dit was vast niet als stimulans voor het echtpaar Jacobs bedoeld, dat was de zestig al ruim gepasseerd en zij waren gezegend met drie kinderen. De afbeelding betreft het wapen van Den Haag: een ooievaar, in Den Haag Eiber genoemd, met een aal in de snavel. Erin de tekst: H.J. Jacobs 1 december 1907 – 1 december 1947, hoofd ener school voor buitengewoon onderwijs.
Eibers was eveneens de naam van de Haagse kwekelingenbond waar Hermen op veertienjarige leeftijd lid van werd. Vanaf die leeftijd ontwikkelde hij zich als activist en streed hij voor beter en democratisch onderwijs. Daarbij werd hij gesteund door zijn docent, de beroemde Haagse onderwijzer Jan Lighart, waarmee hij bevriend raakte.
Er was begin vorige eeuw een grote en toenemende kloof tussen arm en rijk. Met name de scholen voor onvermogenden – scholen voor kinderen van wie de ouders geen schoolgeld konden betalen - waren er beroerd aan toe. Propvolle klassen na de invoering van de leerplicht, ondervoede kinderen en zeer slechte behuizing hadden een sterk negatief effect op het onderwijsrendement. Ook konden er honderden kinderen niet geplaatst worden op een school omdat er geen ruimte was. ‘Restanten’ werden die kinderen genoemd.
Er was begin vorige eeuw geen stelsel voor buitengewoon of speciaal onderwijs. Kinderen met een beperking waren uitgesloten van het klassikale gewone onderwijs. Zij vielen ook niet onder de leerplichtwet van 1901. Hermen Jacobs spande zich vanaf jonge leeftijd in om juist voor die leerlingen betekenis te hebben. Zo nodigde hij W. Banning, sociaal-democraat en verre voorganger van mevrouw Westerveld, uit om op de Haagse kweekschool te komen spreken over bestrijding van de armoede en verbetering van het onderwijs.
Op zestienjarige leeftijd richtte hij de Haagse Kwekelingen Geheelonthoudersbond op. Overmatige alcoholconsumptie was een belangrijke oorzaak voor de verpaupering en verloedering van de in armoede levende arbeidsklasse, zo was de overtuiging. Daarom waren alle pioniers van het buitengewoon onderwijs geheelonthouder. Tijdens bijeenkomsten en recepties werd derhalve uitsluitend thee gedronken. Een idee dat het huidige bestuur niet heeft overgenomen.
Voorbeeld van zijn activistische instelling was zijn uitzending naar Suriname als onderwijzer op een school voor onvermogenden. Hij had hiervoor twee jaar buitengewoon verlof gekregen van het gemeentebestuur. In Paramaribo stond hij voor een klas met jonge meisjes, 8-10 jaar, die bij de arme plantagearbeiders waren weggehaald door bemiddelde bewoners van Paramaribo om hun huishouden doen. Vroeg op en laat naar bed, met als gevolg doodmoe op school. Deze leerlingen kregen de voorgeschreven Nederlandse boekjes met teksten als ‘mijn zusje heeft blond haar’ en ‘bij Lobith stroomt de Rijn ons land binnen’.
Jacobs vond dat absurd en ging zelf taalboekjes schrijven, geënt op het leven op de plantage. Daarmee hield hij zich niet aan de onderwijswetgeving. De inspecteur schreef een brief aan het hoofd der school: Is het waar dat een uwer leerkrachten in afwijking van de voorschriften zelf lesmethodes maakt? Het hoofd van zijn school antwoordde kort: Ja, dat is waar.
En Jacobs schreef vervolgens in de krant artikelen over ‘Kinderslavernij in Suriname’. Uiteindelijk werden deze praktijken verboden.
Deze activistische instelling op jonge leeftijd deed me sterk denken aan een van de genomineerden.
Bij terugkomst werd Jacobs onderwijzer aan een school voor leerlingen met een verstandelijke beperking, werd hoofd van een school en nam talrijke initiatieven zoals bijvoorbeeld het starten van een afdeling voortgezet buitengewoon onderwijs. U weet dat pas na 1920 de scholen voor buitengewoon lager onderwijs bekostigd werden op basis van een Koninklijk Besluit. Voortgezet buitengewoon onderwijs bestond niet.
Jacobs bedacht in 1929 het plan voor een dagschool voor voortgezet onderwijs om zo de leerlingen via werkklassen een beroep te leren. Leerlingen die op 12 of 13-jarige leeftijd van school zouden gaan bleven ingeschreven staan, maar gingen nu naar de afdeling voortgezet onderwijs. Zo kon de bekostiging doorlopen.
Een plan wat hij ongetwijfeld had overlegd met de toenmalige inspecteur Van Voorthuijsen, want de inspecteur adviseerde de minister.
Dat plan werd geaccepteerd en sindsdien ontstonden aan de scholen voor buitengewoon onderwijs aparte afdelingen voortgezet onderwijs. Jacobs, Van Voorthuijsen en andere pioniers streden onvermoeibaar voor een wettelijk kader om speciaal onderwijs mogelijk te maken. Zij zagen elkaar daarom als Strijdmakkers.
Jacobs ging weliswaar in 1947 met pensioen maar continueerde zijn activiteiten als eindredacteur van het maandelijkse Tijdschrift voor Buitengewoon Onderwijs, als secretaris van de Gezondheidskolonies voor leerlingen uit het buitengewoon onderwijs - een gezondheidskolonie die tot stand was gekomen door allerlei bijdragen uit het werkveld, want deze kinderen werden niet toegelaten op de bestaande gezondheidskolonies - , als dagelijks leidinggevende van de door hem opgerichte uitgeverij Haga - een uitgeverij die lesmateriaal en studieboeken publiceerde voor het buitengewoon onderwijs, want de uitgaven van de bestaande uitgevers voldeden niet-, als vicevoorzitter van de Schroeder van der Kolkstichting – een stichting die zorgde voor de nazorg aan oud-leerlingen, en als secretaris penningmeester van de Stichting Buitengewoon Onderwijs die de beroepsopleidingen voor het buitengewoon onderwijs verzorgde, de voorloper van de huidige master opleiding Special Educational Needs.
Vanwege die enorme inspanning en inzet om de kwaliteit van het buitengewoon onderwijs te verbeteren werd hij in 1951 door de Haagse burgemeester F.M.A. Schokking benoemd tot Ridder in de orde van Oranje-Nassau.
Niet dat hij toen zijn werkzaamheden neerlegde.
Pas in 1965 legde hij al de hiervoor genoemde functies neer, hij was toen 78 jaar. Wel bleef Jacobs trouwens nog bestuurslid van de Haagse jeu de boules vereniging.
De Stichting Buitengewoon Onderwijs, waarvan hij ruim dertig jaar secretaris/penningmeester was, kreeg vanaf 1929 een wisselend voorschot voor de professionalisering van de leerkrachten vanuit de begroting voor het primair onderwijs. Om wat extra middelen te hebben schreef Jacobs gemeenten en provincies aan voor een bijdrage en benaderde hij ook oud-studenten. Zo werd een klein ondersteuningsfonds gevormd dat begin jaren zestig werd verzelfstandigd.
In die jaren werd de gezondheidskolonie in Ede, waarvan Jacobs al tientallen jaren secretaris was, verkocht omdat er steeds minder gebruik van werd gemaakt. Een deel van dat geld kwam naar het steunfonds voor de opleidingen. Toen hij in 1965 het voorzitterschap van dit steunfonds na 35 jaar neerlegde werd zijn naam aan dit fonds gegeven. De naam van een man met een sterk moreel kompas en een onwrikbaar rechtvaardigheidsgevoel: het Hermen J. Jacobsfonds.
Het huidige fonds is dus ontstaan uit het werkveld en het vermogen is met centen en dubbeltjes door het werkveld bijeengebracht. Het fonds heeft nu als doelstelling bij te dragen aan de kwaliteitsverbetering van het speciaal onderwijs. Daarmee blijft het dicht bij de ambitie die Jacobs al op jonge leeftijd had. Tweejaarlijks kunnen nu bijzondere prestaties onder de aandacht worden gebracht van het bestuur. Een prijsuitreiking begin jaren negentig was aan een school voor speciaal onderwijs die de samenwerking tussen speciaal en gewoon onderwijs centraal stelde. Ook hieraan moest ik terugdenken bij een van de genomineerden die nog een grote stap verder ging in hun samenwerking en kwam tot inclusief onderwijs.
Dames en heren, we kennen nu 10 jaar het zogenoemde Passend Onderwijs. Nog steeds krijgen echter duizenden kinderen geen onderwijs, nog steeds krijgen daarnaast nog duizenden kinderen niet het onderwijs dat ze nodig hebben. Met de Hermen J. Jacobsprijsvraag 2024 kregen we gelukkig goede voorbeelden te zien hoe het wel kan en moet. In de pitches werd duidelijk dat er nog Strijdmakkers zijn die strijden voor een beter en adequater onderwijs voor iedereen.
En de inzendingen waren dit sterk jaar gevarieerd. Uiteindelijke kwam de jury tot de drie bekende nominaties, terechte en indrukwekkende voorbeelden van collega’s die zich met hart en ziel inzetten voor ons onderwijs. Onderwijs waar iedereen bij hoort en recht op heeft.
Dank u wel.
Het Juryrapport HJJPrijs 2024
(Voordracht Kees van Overveld)
Dames en heren,
Ik heb de eer om namens mijn medebestuursleden van het Hermen J. Jacobsfonds het
juryrapport voor te lezen.
De jury was verheugd dat er bij deze eerste editie van de Hermen J. Jacobsprijs vele inzendingen
konden worden beoordeeld. Blijkbaar gebeuren er in het onderwijs zoveel mooie dingen dat
onze prijs aan veel personen en/of instellingen wordt gegund.
De jury heeft alle schriftelijke aanbevelingen gelezen en ook de interessante pitches bekeken en
beluisterd.
En we hebben een keuze gemaakt!
Er zijn drie genomineerden en een van die genomineerden zal straks worden verblijd met een
geldprijs van 10.000 euro die het mogelijk maakt om dromen op persoonlijk of professioneel
vlak te verwezenlijken.
De drie genomineerden zijn, in alfabetische volgorde:
Elijah Delsink,
Izka Hof
en een tweetal samenwerkende scholen: De Lichtenbeek en De Esdoorn.
Ik zal in deze alfabetische volgorde ook de drie genomineerden nader bespreken.
De eerste genomineerde is Elijah Delsink, hij werd voorgedragen door meerdere mensen
voorgedragen, o.a. Diana Niens, Jeanette Hautus, Henk Bosma-Gelderman, Maartje
Bronkhorst en Amanda Kluveld.
Wat wordt er allemaal over Elijah gezegd? Veel. Er zijn mooie woorden voor deze jongeman.
Elijah maakt zich hard voor een kwetsbare groep leerlingen. Leerlingen die vaak ver van huis het
speciaal onderwijs bezoeken. Elijah wordt gezien als een visionair, een probleemoplosser en
een voorvechter van het SO én inclusiviteit. In maart 2020 richtte hij de landelijke
belangenvereniging voor het voortgezet speciaal onderwijs op.
Elijah heeft bijgedragen aan zaken als een veiliger leerling vervoer en zelfs betere salariëring
voor leraren die in het SO werken.
Amanda Kluveld twijfelt er niet aan dat hij ooit premier van Nederland zal worden!
Voor het bestuur was deze voordracht een nominatie waard. We waarderen het dat deze nog
jonge man zo strijdt voor de gelijkheid en geluk van ieder kind. Dit past heel erg in de visie en
geest van Hermen J. Jacobs.
De tweede genomineerde is Izka Hof, voorgedragen door Ellen Oostenrijk, directeur van Het
Kroonpad, een school voor speciaal onderwijs in Apeldoorn.
Directeur Oostenrijk schrijft mooie dingen. Ik haal een stukje tekst uit de voordracht:
Izka, een jonge dame van 23 jaar is als ervaringsdeskundige handicapbeleving werkzaam als
vrijwilliger binnen onze school voor speciaal onderwijs. Izka heeft een cerebrale parese (CP)..
Dit maakt dat betaald werk geen optie voor haar is.
Ik mag haar mijn collega noemen en ze is van enorme waarde bij ons op school. Zij geeft onze
huidige leerlingen hoop. Ze is een groot voorbeeld en zorgt ervoor dat de leerlingen net zo
strijdbaar zijn als zij. Sommige mensen zeggen tegen mij “wat mooi dat je Izka een kans geeft bij
jou op school.”
Maar zij is onze inspiratie want wat zij bijdraagt aan de kwaliteit van onderwijs
binnen onze school is fantastisch.
Izka zegt zelf in een filmpje dat het haar droom is om nog lang in het onderwijs te mogen werken.
Ze is trots op wat haar werk voor leerlingen betekent. Als bestuur weten we zeker dat Hemen J
Jacobs ook graag met Izka had gewerkt. Dromen in daden omzetten is het mooiste wat er is.
De derde genomineerde, of liever genomineerden, zijn twee scholen in Elst die nauw
samenwerken: school voor speciaal onderwijs Lichtenbeek en openbare basisschool De
Esdoorn. Zij werden voorgedragen door Magno Martin, een trotse ouder.
Ik begin eerst nog even over Magno Martin. Hij noemt zich een trotse ouder. In zijn warme mail
prijst hij de twee samenwerkende scholen. De mooie woorden komen overeen met een gloedvol
betoog dat de heer Martin al eerder hield. Het filmpje is terug te vinden op YouTube.
Vanwaar dan die trots? De heer Martin verwijst naar zijn dochter die een verstandelijke
beperking heeft. Dankzij een inclusief partnerschap van de Lichtenbeek en De Esdoorn kan het
meisje op dezelfde plek onderwijs volgen als haar oudere broer. Dankzij dit thuisnabije
onderwijs is het meisje geen vreemde in haar eigen dorp maar wordt zij gezien en met de naam
aangesproken.
Het lijkt erop dat deze scholen de sleutel die hebben gevonden die toegang geeft tot passend,
inclusief onderwijs. De heer Martin vat het goed samen: Samen spelen en opgroeien leidt tot
begrip, begrip leidt tot acceptatie, acceptatie leidt tot inclusiviteit. Inclusief onderwijs is
onlosmakelijk verbonden met een meer inclusieve maatschappij. Wij denken dat Hermen J.
Jacobs niet had kunnen wachten om deze scholen te bezoeken en te ervaren hoe de mooie visie
dagelijks realiteit wordt.
Geachte genodigden,
De HJJ prijs kent een overtuigende winnaar. Uit alle inzendingen kwam één inzending als zeer
bijzonder naar voren. Voordat ik bekend maak wie gewonnen heeft, eerst even een woord van
dank aan de andere genomineerden.
Er kan maar een de winnaar zijn. Dat is nu eenmaal zo bij een prijs.
Maar …
we hebben een verrassing voor jullie. Als straks blijkt dat je niet hebt gewonnen, is er voor jullie
toch een aanmoedigingsprijs.
We hebben zoveel enthousiasme en warmte gelezen van de mensen die de moeite hebben
genomen om jullie namen te noemen, dat we gemeend hebben dit te moeten honoreren met
een bedrag van 5.000 euro. Alvast van harte gefeliciteerd met deze aanmoedigingsprijs!
Dames en heren, dan nu de bekendmaking van de winnaar.
De winnaar van de Hermen J. Jacobsprijs 2024 is ….
Elijah Delsink!
Van harte gefeliciteerd!